Binnen onze vereniging TTV ZETA vinden wij zorg voor een veilige omgeving voor iedereen en in het bijzonder voor minderjarige, essentieel. Daarom heeft onze vereniging beleid gemaakt om ongewenst gedrag/seksuele intimidatie zo veel als mogelijk tegen te gaan. Alle begeleiders van onze jeugdleden (denk bijvoorbeeld aan trainers, coaches, vrijwilligers en bestuursleden) hebben een verklaring omtrent gedrag (VOG) waarbij het onderzoek op relevante functieaspecten geen bezwaren heeft opgeleverd.

Als onderdeel van het beleid zijn verder de volgende documenten opgesteld die bekeken kunnen worden door de volgende koppelingen te volgen:

– Omgangsregels:

  • Omgangsregels TTV ZETA
  1. Ik accepteer en respecteer de ander zoals hij/zij is en discrimineer niet. Iedereen telt mee binnen de vereniging.
  2. Ik houd rekening met de grenzen die de ander aangeeft
  3. Ik val de ander niet lastig.
  4. Ik berokken de ander geen schade.
  5. Ik maak op geen enkele wijze misbruik van mijn machtspositie
  6. Ik scheld niet en maak geen gemene grappen of opmerkingen over anderen.
  7. Ik negeer de ander niet.
  8. Ik doe niet mee aan pesten, uitlachen of roddelen
  9. Ik vecht niet, ik gebruik geen geweld, ik bedreig de ander niet, ik neem geen wapens mee.
  10. Ik kom niet ongewenst dichtbij en raak de ander niet aan tegen zijn of haar wil
  11. Ik geeft de ander geen ongewenste seksueel getinte aandacht
  12. Ik stel geen ongepaste vragen en maak geen ongewenst opmerkingen over iemands
    persoonlijk leven of uiterlijk.
  13. Wanneer iemand mij hindert, of lastig valt, dan vraag ik hem/haar hiermee te stoppen. Helpt
    dat niet, vraag ik een ander om hulp.
  14. Ik help anderen om zich ook aan deze afspraken te houden en spreek degene die zich daar
    niet aan houdt erop aan en meld dit zo nodig bij het bestuur.
  • Interventieverklaring Preventie Seksuele Intimidatie TTV ZETA

TTV ZETA verklaart:

  1. De maximaal haalbare voorzorgsmaatregelen te nemen binnen TTV ZETA om Seksuele
    Intimidatie in deze sportvereniging te voorkomen. Hierbij zal specifieke aandacht worden
    besteed aan minderjarigen als risicogroep. Onder het maximaal haalbare valt tenminste het volgende:
    Het thema Seksuele Intimidatie wordt opgenomen in het beleid van onze sportvereniging
    met daarin vastgesteld het aanneembeleid ter aanzien van trainers/coaches. En wat dan de
    procedure is. Tevens vindt hierover zorgvuldige communicatie plaats naar leden.
  2. Ervoor zorg te dragen dat de voorzorgsmaatregel toepassing krijgen in de praktijk van de
    sportvereniging.
  3. Waar mogelijk actief gebruik te maken van de methoden en materialen die door NOC*NSF
    en de eigen sportbond worden uitgereikt.
  4. Ervoor te zorgen dat in de eigen sportvereniging besluiten zijn genomen en draagvlak is
    gecreëerd voor de toepassing van de maatregelen ter preventie van Seksuele Intimidatie
    binnen een jaar na ondertekening.
    De volgende definitie van Seksuele intimidatie wordt gehanteerd:
  5. Onder seksuele intimidatie wordt verstaan:
    Enige vorm van grensoverschrijdend* verbaal, non-verbaal of fysiek gedrag met een Seksuele
    connotatie (duiding) dat als doel of gevolg heeft dat de waardigheid van de persoon wordt
    aangetast, in het bijzonder wanneer een bedreigende, vijandige, beledigende, vernederende
    of kwetsende situatie wordt gecreëerd.
  6. Onder Seksuele Intimidatie, zoals vermeld in lid 1, zijn mede begrepen de in de artikelen 239
    t/m 250 (Titel XIV: Misdrijven tegen de zeden) van het Wetboek van strafrecht strafbaar
    gestelde feiten.
    • De definitie van Seksuele Intimidatie omvat gedragingen die als ongewenst ervaren kunnen
    worden. Een ervaring van een persoon is echter moeilijk te objecteren. Het gaat in dit geval
    om een ervaring die valt buiten wat algemeen maatschappelijk wordt aanvaart als een
    normale omgangsnorm, inclusief verbaal, non-verbaal of fysiek gedrag.
    Het doel van de intentieverklaring is te zorgen voor een veilig klimaat binnen de eigen
    sportvereniging door Seksuele Intimidatie bespreekbaar te maken, alle betrokken bij de organisatie
    goed te informeren over het beleid ten aanzien van Seksuele Intimidatie, het risico op Seksuele
    Intimidatie zo klein mogelijk te maken en incidenten op adequate manier af te handelen.
    Plaats:
    Datum:
    Ondertekend door Bestuur TTV ZETA
  • Protocol Grensoverschrijdend Gedrag
  1. Intentie
    TTV ZETA is tijdens verenigingsactiviteiten verantwoordelijk voor het welzijn van haar leden,
    kaderleden en vrijwilligers. Zij dient in dit kader haar leden, kaderleden en vrijwilligers zoveel
    mogelijk te beschermen tegen grensoverschrijdend gedrag binnen de vereniging. Daartoe heet het
    bestuur dit Protocol Grensoverschrijdend Gedrag opgesteld. Centraal staat dat grensoverschrijdend
    gedrag in welke vorm dan ook ontoelaatbaar is. Ieder lid, kaderlid of vrijwilliger dient zich dan ook
    van iedere vorm van seksuele intimidatie, discriminatie, intimiderend gedrag en pesten te
    onthouden. Het beleid grensoverschrijdend gedrag heeft tot doel het bestrijden en voorkomen van
    seksuele intimidatie, discriminatie, intimiderend gedrag en pesten binnen de organisatie. Er wordt
    gestreefd naar een verenigingsklimaat waarin de leen, kaderleden en vrijwilligers elkaar op een
    respectvolle en correcte wijze behandelen.
    Middelen om dit doel te bereiken zijn:
    • Bekendheid te geven aan het beleid (o.a. plaatsing op de website van TTV ZETA)
    • Een lage drempel voor klagers te hanteren om klachten te uiten.
    • Een adequate afhandeling van klachten
    • Een Verklaring omtrent gedag (VOG) eisen van trainers, vaste jeugdbegeleiders en
    bestuursleden.
  2. Definities
    2.1 Seksuele intimidatie
    Onder seksuele intimidatie wordt verstaan alle vormen van seksuele gedragingen en toenadering
    die door degene die het signaleert of ondergaat als eenzijdig, negatie, grensoverschrijdend en/of
    gedwongen worden ervaren. De verschillende vormen van seksuele intimidatie zijn:
  • Seksualiserend gedrag: het uiten van ongepaste affectieve gevoelens zowel in woord
    (opmerkingen en toespelingen) als gedrag, handelingen met een seksueel en/of erotisch
    getinte lading;
  • Onnodige aanrakingen: onnodige aanrakingen of betasting;
  • Ontucht met misbruik van gezag: ontucht onder misbruik van gezag ten opzichte van
    ondergeschikte;
  • Aanranding: gedwongen worden tot het plegen dan wel dulden van ontuchtige handelingen;
  • Verkrachting: tegen de wil gedwongen worden tot geslachtsgemeenschap en/of het op
    ander wijze seksueel binnendringen van het lichaam.
    2.2 Discriminatie
    Onder discriminatie wordt verstaan het onderscheid maken ten nadele van leden, kaderleden of
    vrijwilligers op basis van bijvoorbeeld geslacht, seksuele voorkeur, leeftijd, herkomst, huidskleur
    en nationaliteit.
    2.3 Intimiderend gedrag/pesten.
    In engere zin verwijst intimidatie naar een vorm van chantage waarbij de persoon die de
    intimidatie ondervindt wordt bedreigd. Het is belangrijk te beseffen dat alleen degene waarop de
    aandacht is gericht kan beoordelen of die aandacht gewenst of grensoverschrijdend is. Als een lid,
    kaderlid of vrijwilliger aangeeft bepaald gedrag vernederend of belastend te vinden dan moet
    degene die zich zo gedraagt zijn/haar gedrag bijstellen.
    2.4 Leden.
    Iedereen die een of ander vorm van training volgt bij TTV ZETA, dan wel deelneemt aan de
    overige activiteiten van TTV ZETA
    2.5 Kaderleden.
    Alle trainers, stagiaires, begeleiders etc. die verbonden zijn aan TTV ZETA ten behoeve van de
    vereniging.
    2.6 Vertrouwenspersoon
    De vertrouwenspersoon is een persoon (eventueel buiten de verenging) die door het bestuur is
    gevraagd op te treden als persoon tot wie de leden, kaderleden of vrijwilligers die geconfronteerd
    worden met grensoverschrijdend gedrag zich kunnen richten voor advies en ondersteuning.
  • De vertrouwenspersoon bij TTV ZETA is Harry Sijm. Zijn contactgegevens zijn voor de Zeta-leden
  • gepubliceerd in de ZETA-nieuwsbrief van juni 2022.
    2.7 Klachtencommissie.
    De klachtencommissie is ingesteld door het bestuur en is belast met de behandeling van klachten
    die bij haar door o.a. de vertrouwenspersoon of betrokkene worden ingediend over bijvoorbeeld
    grensoverschrijdend gedrag naar leden en/of kaderleden. De klachtencommissie wordt gevormd
    door de voorzitter van TTV ZETA en een bestuurslid van het ander geslacht dan de voorzitter
    van het bestuur van TTV ZETA.
    2.8 Geheimhouding.
    Iedereen die in het kader van het klachtenonderzoek kennis neemt van gegevens waarvan hij/zij
    het vertrouwelijke karakter kent of redelijkerwijs kan vermoeden, is verplicht tot geheimhouding
    daarvan.
    2.9 Verklaring omtrent gedrag.
    Trainers, vaste begeleiders en bestuursleden moeten een verklaring omtrent gedrag (VOG)
    overleggen. Deze verklaring is gedurende drie jaar geldig, daarna moet een nieuwe VOG worden
    overhandigd. Trainers, vaste begeleiders en bestuursleden mogen hun taken niet (meer) binnen
    TTV ZETA uitvoeren indien:
  • niet of niet tijdig een VOG wordt overlegd;
  • uit de VOG blijkt dat het gedrag in het verleden een bezwaar vormt voor het uitvoeren van die
    taak.
  1. Uitgangspunten
  2. Alle vormen van grensoverschrijdend gedrag worden beschouwd als een schending van de
    integriteit van leden, kaderleden, medewerkers of vrijwilligers.
  3. Grensoverschrijdend gedrag kan leiden tot afname van concentratie, motivatie,
    zelfvertrouwen, ziekte (verzuim) en uiteindelijk tot het vertrek bij de verenging.
  4. Het bestrijden en voorkomen van grensoverschrijdend gedrag is een onderdeel van het
    sociale beleid van de vereniging.
  5. Alle kaderleden en leden hebben de verantwoordelijkheid een bijdrage te leveren aan het
    voorkomen van grensoverschrijdend gedrag.
  6. Bestuursleden en kaderleden dienen zich kritisch op te stellen tegenover verschijnselen die
    grensoverschrijdend gedrag zouden kunnen veroorzaken en dienen hier tegen op te treden.
  7. Het bestuur is eindverantwoordelijk voor het voorkomen van grensoverschrijdend gedrag.
    Het beleid met betrekking tot grensoverschrijdend de gedrag is in dit protocol verwoord en
    zal ook als zodanig worden uitgedragen.
  8. Meldingen van (vermoeden) grensoverschrijdend gedrag:
    Voor iedere lid en kaderlid (ook vrijwilligers, stagiaires e.d.) van TTV ZETA geldt een
    meldingsplicht ten aanzien van ieder redelijk vermoeden van grensoverschrijdend gedrag
    tegenover een lid, kaderlid of vrijwilliger. Dit echter pas na toestemming van het slachtoffer.
    Melding kan plaatsvinden bij de vertrouwenspersoon of klachtencommissie. Het bestuur ziet
    er op toe dat melden/klager geen nadeel ondervindt.
  9. Klachtenbehandeling
    Indien een lid, kaderlid of vrijwilliger, melding wil doen van grensoverschrijdend gedrag kan hij/zij
    zich wenden tot de vertrouwenspersoon of direct een klacht indienen bij de klachtencommissie
    van TTV ZETA.
    De volgende fasen kunnen doorlopen worden:
    4.1 Vertrouwenspersoon.
    Na melding bij de vertrouwenspersoon vindt er binnen een week een eerste gesprek plaats. Een
    van de belangrijkste taken van de vertrouwenspersoon is het verzorgen van de eerste opvang van
    de klager. Het is van belang om in de eerste fase het probleem/de klacht helder te krijgen en
    samen met de klager te komen tot verdere strategiebepaling. De klager kan zich altijd laten
    bijstaan door iemand die zij of hij vertrouwt. Contacten met de vertrouwenspersoon zijn strikt
    vertrouwelijk. Alleen met toestemming van de klager kan de vertrouwenspersoon actie
    ondernemen, zoals het inzetten van bemiddeling of klager begeleiden bij het indienden van een
    klacht bij de klachtencommissie.
    Alle mogelijkheden worden in de eerste instantie op een rij gezet om de gevolgen van
    grensoverschrijdend gedrag aan te pakken. Bij het doorpraten van de mogelijkheden gaat het
    enerzijds om wat de klager zelf wil en anderzijds om wat de feitelijke omstandigheden zijn. Een
    gesprek met de vertrouwenspersoon kan in sommige gevallen voldoende ondersteuning bieden.
    Ook het inzetten van een externe bemiddelaar behoort tot de mogelijkheden om tot een
    oplossing te komen. Mocht dit niet lukken dan kan de vertrouwenspersoon de klager adviseren
    een formele klacht in te dienen bij de klachtencommissie. Gedurende het gehele traject van
    klachtenbehandeling ondersteunt de vertrouwenspersoon de klager.
    4.2 Bemiddeling.
    In deze fase bestaat de mogelijkheid om via een bemiddelaar te komen tot een oplossing van het
    probleem. Indien de klacht van dien aard is dat bemiddeling niet kan bijdragen aan een oplossing
    tussen beide partijen, kan deze fase worden overgeslagen. De klacht wordt in dit geval direct
    voorgelegd aan de klachtencommissie.
    Als de vertrouwenspersoon en de klager inschatten dat het probleem opgelost kan worden via
    bemiddeling kunnen zij zoeken naar een persoon die de rol van bemiddelaar kan vervullen. Het is
    van belang dat de bemiddelaar acceptabel is voor zowel de klager als ook voor de aangeklaagde
    en een neutrale rol kan vervullen. Het doel van een bemiddelingsgesprek is dat het de
    aangeklaagde op deze wijze duidelijk wordt dat het probleem gesignaleerd is en dat van de
    aangeklaagde gedragsveranderingen worden verwacht in de toekomst.
    4.3 Klachtencommissie
    Als bemiddeling niet gewenst is of niet tot een oplossing heeft geleid, kan de klacht door de klager
    en/of vertrouwenspersoon bij de klachtencommissie worden ingediend. De klachtencommissie
    zal zich op basis van hoor en wederhoor een zo objectief mogelijk beeld van de situaties vormen
    en zal op basis hiervan een advies uitbrengen aan het bestuur over de te nemen maatregelen. Het
    is tevens mogelijk dat de klager zich direct tot de klachtencommissie wendt.
    Anonieme klachten worden niet in behandeling genomen. Anoniem indienen van een klacht kan
    slechts indien de vertrouwenspersoon weet wie de klager is en deze vertegenwoordigt. De klager
    kan op iedere moment de commissie verzoeken de ingezette procedure te beëindigen. Dit
    verzoek wordt door de commissie gehonoreerd indien ook de aangeklaagde hiermee instemt. De
    aangeklaagde kan namelijk verzoeken het onderzoek toch voort te zetten om hem/haar van
    mogelijk blaam te zuiveren.
    4.4 Het bestuur
    Het bestuur komt op basis van het advies van de klachtencommissie tot een besluit en zal
    daaraan uitvoering geven. Het is ook mogelijk dat de klager rechtstreeks een klacht indient bij het
    bestuur. Het bestuur kan dan de klachtencommissie inschakelen voor onderzoek van de klacht.
    Het besluit van het bestuur wordt ter kennis gebracht aan de klager, de aangeklaagde, de
    klachtencommissie en de vertrouwenspersoon. Tevens wordt aangegeven of het besluit al dan
    niet afwijkt van het gegeven advies van de klachtencommissie.
  10. Tijdens het onderzoek kan het bestuur de betrokken medewerker / vrijwilliger op non-actief
    stellen of de betrokken medewerker / vrijwilliger de toegang tot de sporthal ontzeggen voor
    de duur van het onderzoek.
  11. Bij geconstateerd misbruik neemt het bestuur maatregelen, zoals het geven van een
    waarschuwing, een schorsing, het royeren van de medewerker / vrijwilliger van TTV ZETA.
  12. Wanneer het gaat om ernstige klachten wordt voor klachtenafhandeling doorverwezen naar
    de Nederlandse tafeltennisbond, NOC-NSF en indien nodig naar justitie.
    Vertrouwenspersoon NTTB:
    Inge Schultze
    06-48171726
    Meldpunt NOC-NSF
    Het NOC-NSF vertrouwenspunt Sport is bereikbaar van maandag t/m vrijdag van 08.00 tot 22.00 uur
    en zaterdag van 12.00 tot 16.00 uur. Op zondag is er geen bereikbaarheid. Het nummer is 0900-
    2025590 ( € 0,10 per minuut).